Meerjarenvisie 2022-2030

“Dankbaar en dienstbaar”


De werkgroep Meerjarenvisie:
  • ds. Lennart van Berkel - predikant
  • Frans van den Bos – ouderling-kerkrentmeester
  • Jan den Hoed – ouderling (en adviesgroep Interieur)
  • Arie Hoogerbrugge - ouderling-kerkrentmeester (en adviesgroep Interieur)
  • Hans Kagchelland – ouderling-kerkrentmeester
  • Cor van Leeuwen – diaken
  • Arie Stolk – ouderling-kerkrentmeester (en adviesgroep Interieur)
  • Cees Tanis – gemeentelid (taakgroep Liturgie en Eredienst)
Klik op het boekje voor de meerjarenprognose PG De Lier ⇒    


Meerjarenvisie 2022-2030 | “Dankbaar en dienstbaar” 

definitieve versie juli 2022


[Aanleiding]
De kerkenraad heeft aan het College van Kerkrentmeesters (CvK) gevraagd om een meerjarenvisie.
De oorspronkelijke vraag ontstond bij de te maken keuzes m.b.t. pastoresbezetting en kerkelijke gebouwen begin 2021. Daarnaast heeft het Classicaal College Behandeling Beheerszaken (CCBB) bij de vereniging tot één PG De Lier een verzoek neergelegd. Het CCBB vraagt om een meerjarenvisie plus bijgestelde meerjarenbegroting t/m 2030 waarin vooral de jaarlijkse exploitatie een stuk minder negatief en bij voorkeur positief is.
Aangezien een meerjarenvisie het hele kerk-zijn omvat is er een bredere werkgroep gevormd met ook vertegenwoordigers uit andere ambten en werkvelden.
Deze werkgroep biedt deze concept meerjarenvisie aan de kerkenraad aan ter inspiratie, met concrete denkrichtingen voor de toekomst en ter verdere bespreking om te komen tot een definitieve meerjarenvisie.

[Vertrekpunt]
De titel van deze meerjarenvisie is “Dankbaar en dienstbaar”. Het woord dankbaar raakt aan de kern van ons kerk-zijn. Wij zijn dankbaar voor Gods genade die we mogen ervaren in het leven en de schepping die ons gegeven zijn. Kerk betekent: ‘dat wat van de Heer is’. Wij horen bij Jezus, onze Heer. Wij mogen als kerk, als gemeente, symbolisch Zijn Lichaam vormen. En Jezus was met zijn lichaam dienstbaar aan God en mensen. Ook in zijn leven en sterven werd Gods genade zichtbaar. Jezus willen wij volgen en met de kracht van de heilige Geest willen we bouwen aan Zijn koninkrijk. Naar Jezus’ toekomst en terugkomst mogen we uitzien.

De landelijke PKN heeft haar visienota ‘Van U is de toekomst’ genoemd met als basis die genade van God. Geïnspireerd door deze visienota hebben wij een meerjarenvisie voor De Lier geschreven. De visienota beschrijft ‘de mensen’ in onze samenleving, wij dus, als volgt:
  • klagend gelukkig (we zijn welvarend, maar o.a. Corona geeft reden tot klagen);
  • onzeker (zorg en angst om o.a. klimaat, wereldpolitiek, wonen, migratie, gezondheid);
  • op zoek naar zin (kerk/religie verkruimelt; interesse in filosofie, ethiek en spiritualiteit);
  • overstresst (we ervaren druk om geluk te grijpen, niets te missen en niet te falen);
  • en gepolariseerd (zie de demonstraties; tegenstellingen worden vergroot)
Deze woorden herkennen we ook voor de mensen in De Lier en gemeente Westland. Vanuit
de landelijke visienota worden antwoorden gevonden in genade. Want (Gods) genade:
  • bevrijdt (toen uit Egypte en met Jezus uit onze angsten, zorgen en bubbels);
  • corrigeert (ons idee van maakbaarheid en onze zelfgenoegzaamheid);
  • volstaat (Uw genade is mij genoeg – staat los van het oordeel van mensen);
  • motiveert (genade geeft vrijheid, voldoening en vreugde);
  • ontspant (het hangt niet (alleen) van ons af).
Samengevat: genade schept ruimte voor en vanuit Gods liefde. En vanuit die genade en liefde
willen we als Protestantse gemeente in De Lier dankbaar en dienstbaar zijn.

Dankbaar
Omdat we dankbaar zijn voor wat wij aan genade en liefde ontvangen willen we onze God danken en eren. Dit danken en eren doen we met elkaar, want die genade en liefde zijn er voor iedereen die ze wil ontvangen.
Dankbaar zijn bevrijdt ons van teveel gericht zijn op onszelf. Dankbaar zijn doet ons beseffen dat er een God is die ons overstijgt en voor wie we allen gelijkwaardig zijn. Dat corrigeert hoe wij over onszelf en anderen denken. Kortom het vergroot onze wereld en doet ons beseffen dat ieder mens van waarde is, net als de schepping waar we deel van uitmaken.
Daarom zijn we niet alleen dankbaar voor genade en liefde, maar ook voor het leven zelf. En zo willen we vanuit die dankbaarheid ook duurzaam zijn. De aandacht voor duurzaam(heid) wordt zichtbaar in de landelijke beweging van de Groene Kerk, waar we in De Lier graag bij aansluiten.
Gaandeweg zullen we in deze beleidsperiode meer en bewust rekening gaan houden met de gevolgen van ons kerkelijke en hopelijk ook persoonlijke handelen. In wat we doen, in wat we aanschaffen, in wat we gebruiken etc. willen we bijdragen aan een leefbare (klimaat – lucht-, bodem- en waterkwaliteit) en een eerlijke (rechtvaardigheid) wereld, zowel lokaal als wereldwijd.
Aansluiting bij de Groene kerk ligt in lijn met de roeping van de kerk en biedt een mogelijkheid om generaties samen te laten optrekken. De zuinigheid van ‘hen’ die de oorlog hebben meegemaakt en de zorgen om hun (klein)kinderen enerzijds en de zorgen om een leefbare wereld de komende generaties anderzijds kunnen generaties verbinden. Hoe jonger mensen wij over onszelf en anderen denken. Kortom het vergroot onze wereld en doet ons beseffen dat ieder mens van waarde is, net als de schepping waar we deel van uitmaken.

Aansluiting bij de Groene kerk ligt in lijn met de roeping van de kerk en biedt een mogelijkheid om generaties samen te laten optrekken. De zuinigheid van ‘hen’ die de oorlog hebben meegemaakt en de zorgen om hun (klein)kinderen enerzijds en de zorgen om een leefbare wereld de komende generaties anderzijds kunnen generaties verbinden. Hoe jonger mensen zijn hoe groter het belang van een leefbare wereld.
Hierbij gaat het om levensstijl, uitgaven/investeringen. De beweging van de Groene Kerk gaat dwars door het hele kerk-zijn heen en zal bij de diverse werkvelden terugkomen.
 
Concrete voorbeelden kunnen zijn energieopwekking (zonnepanelen) en –gebruik in de kerkelijke gebouwen, gebruik van duurzame of recyclebare materialen bij de inrichting van kerkelijke gebouwen, maar ook bij kerkelijke activiteiten (niet langer plastic bordjes en bestek, minder vlees etc.) en verder in de keuze voor biologische, lokale en fairtrade (eerlijke prijs) producten. Tot slot kan gedacht worden aan bijeenkomsten in en betrokken op de natuur/de schepping. Voorbeelden zijn wandelingen en fietstochten met aandacht voor de rijkdom en diversiteit in de schepping en onderweg kan er bijvoorbeeld afval opgeraapt worden.

Dankbaar zijn voor Gods liefde en genade en het leven zelf, motiveert en inspireert vervolgens weer om dienstbaar te kunnen zijn. Hieronder zullen we dat andere kernwoord van deze meerjarenvisie kort uitwerken.

Dienstbaar
In navolging van Jezus willen we dienstbaar zijn en dat betekent heel concreet dat we ook dorpsgericht zijn. In het woord dorpsgericht ligt onze concrete invulling van de missionaire en diaconale opdracht van de kerk. Gods missie stuurt ons de wereld in om in woord en daad van zijn genade en liefde te getuigen.
Zo willen we dienstbaar zijn aan het dorp vanuit onze diverse kerkelijke activiteiten. Ook dit zal in alle werkvelden terugkomen. In samenwerking met partnerorganisaties als Vitis Welzijn, het Sociaal kernteam (SKT), Vluchtelingenwerk en Lierse Maatjes, willen we ons inzetten voor de bestrijding van armoede, eenzaamheid en onrecht onder dorpsgenoten, maar ook onze ‘gasten’ als arbeidsmigranten en vluchtelingen.
Daarnaast kunnen er ook vanuit de Groene Kerk activiteiten ontplooid worden waarin we dienstbaar zijn aan het dorp. Bijvoorbeeld afval rapen of (met partnerorganisaties en andere kerken) thema-avonden organiseren met aandacht voor duurzaamheid.

Tot zover de ‘theologische’ woorden die soms moeilijk en zweverig kunnen klinken. We hebben geprobeerd de woorden uit de landelijk visienota zo begrijpelijk mogelijk op te schrijven. Ze hebben ons in ieder geval op een mooi spoor gezet voor deze meerjarenvisie. In de onderstaande uitwerking per werkveld willen we jullie aanspreken met begrijpelijke en uitdagende woorden. Een visie waar jullie hopelijk net zo enthousiast van worden als wij. Waarvan ook jullie zeggen: bij die kerk wil ik horen en aan die gemeente wil ik meebouwen!

[Vertaling naar de verschillende werkvelden]
Deze visie t/m 2030 valt als een paraplu over alle eerder geschreven taakgroeprapportages heen. We hebben geprobeerd zoveel mogelijk rekening te houden met deze rapportages. Tegelijkertijd moest er (nog) wel balans en samenhang komen tussen de rapportages. Dit betekende dat aanpassingen en aanvullingen op de rapportages onvermijdelijk waren. Vooral ook, omdat in deze meerjarenvisie verder vooruit wordt gekeken en vanuit twee kernwoorden. Mag deze gecombineerde meerjarenvisie leidend zijn op weg naar een bloeiende gemeente die staat op de pijlers van dankbaarheid en dienstbaarheid.

[Communicatie]
Elke uiting in de communicatie met de gemeente is gericht op informeren, inspireren, uitnodigen, oproepen, uitdagen, betrekken, stimuleren, onderwijzen, verbinden, actief maken, tot geloof brengen, helpen, dan wel steunen.
Net als missionair werk (zie hieronder) loopt communicatie dwars door alle werkvelden heen. Intern zijn er de kanalen van Samen, kansel, website, chrch-app, app-groepen en e-mail (en telefoon). Extern zijn er de website, het YouTube-kanaal, de spandoeken, Facebook, Instagram en lokale kranten, maar bovenal zijn de professionals en gemeenteleden de ambassadeurs en getuigen van waar de gemeente voor staat: dankbaarheid en dienstbaarheid.

[Missionair Werk]
Missionair werk doen we ter ondersteuning van mensen om het goede leven met God uit te dragen en de waarden van het Koninkrijk zichtbaar, hoorbaar en tastbaar te maken. Wij werken vanuit de overtuiging dat evangelisatie en diaconaat twee kanten zijn van dezelfde munt: geloof, hoop en liefde delen met andere mensen.
Missionair werk is niet persé een eigen werkveld, maar laat ons vooral anders kijken naar de invulling van de andere werkvelden. Missionair zijn laat ons niet alleen kijken naar de eigen gemeente, maar ook naar het dorp en zijn mensen: dorpsgericht.
Daarbij gaat het zowel om ‘vóór wie en mét wie?” als om “waar?” en “hoe?”. Dit betekent bijvoorbeeld ook aandacht hebben voor de pastorale en diaconale behoeften van mensen buiten de kerkelijke gemeente. Een ander voorbeeld is het openstellen van het aanbod van het jeugd- en jongerenwerk en vorming en toerusting voor alle dorpsgenoten.
Waar het qua doelgroep en/of groepsgrootte beter is, verschuiven we activiteiten van kerkgebouwen naar de verenigingsgebouwen, het JeugThuis of bij gemeenteleden thuis. Ook kunnen meer publieke ruimtes als leegstaande winkels, een school- of wijkgebouw of een horeca-locatie zeer geschikte ruimtes blijken voor kerkelijke aanwezigheid in het dorp. Het ‘hoe’ kenmerkt zich door ‘aanwezig zijn’ waar dorpsgenoten bij elkaar komen. Daar kunnen we aansluiten bij wat er onder hen leeft, maar ook ons dankbare geluid laten horen en onze dienstbaarheid.

[Pastoraat]
Een pastoraal gesprek is in het taakgroeprapport gedefinieerd als “een helpend gesprek op grond van ons christelijk geloof”. In het pastoraat wordt ruimte gemaakt voor Gods genadewerk. Een pastoraal gesprek kan:
  • bevrijden (ruimte, mogelijkheden en vergeving schenken);
  • corrigeren (een spiegel voorhouden, ons ‘bekeren’ van een zinloze of schadelijke weg);
  • motiveren (troosten, bemoedigen en inspireren)
  • en ontspannen (het hangt niet van mij af, ik mag ontvangen).
Kortom, het pastoraat is een groot goed binnen de kring van de gemeente. We zijn er dankbaar voor en bezoekers, ouderlingen en pastores zetten er zich voor in. We willen hier als gemeente in investeren als een belangrijk onderdeel van gemeente zijn. We volgen Jezus als goede Herder, in het omzien naar mensen als gemeenteleden en dorpsgenoten.
We realiseren ons echter dat professionele pastorale zorg een prijskaartje kent. Er zal dus een gezonde balans moeten zijn van professioneel en vrijwillig (zeker niet per se minderwaardig) pastoraat.
Daarnaast zullen we moeten kijken naar een gezonde balans tussen individueel en onderling groepspastoraat.
In het pastoraal dienstbaar zijn aan het dorp, richten we ons in eerste instantie op het organiseren van activiteiten waarbij dorpsgenoten (waaronder kerkleden) elkaar kunnen ontmoeten (onderling pastoraat). We nemen als kerkleden deel aan de ontmoeting en laten op basis van ons christelijk geloof onze pastorale betrokkenheid bij mensen blijken. We ‘zijn’ er voor hen en willen dienstbaar zijn. Als mensen graag een individueel gesprek willen met een kerklid, ouderling of pastor kunnen ze hen aanspreken of dit bij een vrijwilliger aangeven.

[Diaconie]
Het bestaande taakgroeprapport van de diaconie betrof een overzicht van veelal bestaande activiteiten en speerpunten. In deze meerjarenvisie kiezen we voor de werkwoorden:
  • bevrijden (van schulden, van stress bij het zoeken naar werk, woonruimte, zorg etc.),
  • motiveren (vinden van eigenwaarde, doorbreken van eenzaamheid etc.) 
  • en ontspannen (op adem komen, jezelf kunnen zijn, niet opgejaagd door deurwaarders, instanties etc.).
Daarnaast is de dienst aan de Tafel van de Heer (avondmaal) voor alle noden een sacrament van bevrijding, genade en gelijkwaardigheid die de diakenen met toewijding mogen vervullen. Naast de standaard taken van de diaconie zijn er ook meer ‘eigentijdse’ taken in het kader van dienstbaar en dorpsgericht zijn. Hierbij gaat het om ondersteuning bij acute (financiële) noden bij signalen vanuit o.a. Vitis Welzijn, Vluchtelingenwerk en gemeente Westland. Andere voorbeelden zijn het helpen bij het creëren van laagdrempelige ontmoetingsplaatsen in het dorp. Daar bij een bakkie koffie/thee kan pastoraat plaatsvinden, maar kunnen ook diaconale noden van mensen een eerste luisterend oor vinden. Van daaruit kan bekeken worden wat helpend kan zijn voor deze mens.
Daarnaast is er de taak om invulling te geven – en als diaconie de coördinatie ter hand te nemen – aan de beweging van de Groene Kerk in De Lier. Deze beweging bevordert sociale gerechtigheid (een eerlijke prijs voor grondstoffen en producten en goede werkomstandigheden in veelal 2e en 3e wereldlanden) en duurzaamheid (rentmeesterschap
voor de schepping).

[Jeugd- en jongerenwerk]
Binnen het jeugd- en jongerenwerk is de missie (waar staan we voor):

“Het (door)vertellen en uitdragen van het woord van God. Waarbij de basis is: heb God lief en heb je naaste lief als jezelf”. Als geloofsgemeenschap geloven en ervaren wij dat God ons daarin steunt en voedt. Zo weten wij onszelf door God geliefd.”

Dit ervaren we als genade en daar zijn we dankbaar voor. Graag willen we ons geloof en onze ervaring delen met de komende generaties. Van daaruit is de volgende visie (waar gaan we voor) geformuleerd:

“Een (geloofs)omgeving creëren waarbinnen jeugd en jongeren zich thuis, veilig en betrokken voelen en daarnaast vertrouwen en verantwoordelijkheid krijgen. Binnen die omgeving is er ruimte voor het woord van God, maar ook voor eigen creativiteit en ontspanning. Zo krijgen kinderen en jongeren kansen om hun identiteit in relatie tot God, elkaar en hun omgeving te ontwikkelen en te ontdekken.”

We werken binnen het jeugd- en jongerenwerk met de BRIM-methode; 
Behoeftegericht, Relationeel, Integraal en Missionair (methode van Youth for Christ):
  • Wat wil de jeugd, wat leeft er bij hen? (Behoeftegericht)
  • Hoe bouwen we een relatie met hen op, hoe helpen we hen bij het opbouwen en onderhouden van relaties, maar ook hoe staat de gemeente in relatie tot haar eigen jeugd: vertrouwen, ruimte, betrokkenheid? (Relationeel)
  • Niet alleen geloofsinhoud, maar ook samen sporten, spelen, ontdekken, chillen (Integraal - de hele mens in beeld)
  • Hoe kunnen we ook met de jongeren naar buiten treden (dienstbaar zijn), bijv. diaconaal (missionair - in brede zin) en ‘groen’.
Deze insteek vraagt betrokkenheid van de hele gemeente, een plek van samenkomst (zoals het JeugThuis) en aansluiting met de werkvelden diaconaat en pastoraat. Daarnaast zijn partnerschappen met ouders, scholen, sport- en muziekverenigingen en het burgerlijke jeugdwerk onmisbaar. Op die manier kan ook het jeugd- en jongerenwerk dienstbaar en dorpsgericht zijn.

[Vorming en Toerusting]
De activiteiten van vorming en toerusting zullen zich vooral toeleggen op:
  • het zoeken naar antwoorden op zingevingsvragen;
  • het bieden van ontspanning, relativering en bevrijding vanuit de Bijbelse verhalen;
  • op het verbinden in plaats van polariseren.
Deze activiteiten richten zich op het mogelijk maken van ontmoeting en gesprek in laagdrempelige gebouwen. Ze moeten beschikbaar en toegankelijk zijn voor een breed publiek. De inhoudelijke invulling van deze ontmoetingsmomenten kan gevonden worden bij de eigen pastores, maar zeker ook bij andere professionals en ervaringsdeskundigen van binnen en buiten de Lierse kerkelijke gemeente.

[Liturgie en Eredienst]
Een belangrijke manier om God te danken en eren is in de kerkdiensten (erediensten). In deze beleidsperiode hebben we daartoe de beschikking over de Dom- en Vredekerk. Daarnaast zien we ook volop ruimte voor vieren in één van de verenigingsgebouwen, in huiskamers en andere (buiten)locaties.
Overal waar 2 of 3 in Zijn Naam bij elkaar zijn, mogen we erop vertrouwen dat God erbij is. In ons vieren: zingen, bijbel lezen, belijden, bidden en stil zijn, willen we God danken en eren. Voor de meeste gemeenteleden zijn de sacramenten van het Heilig Avondmaal en de Heilige Doop hoogtepunten van geloof, gemeenschap en genade waarin de hemel met ons meeviert.
In het taakgroeprapport staan voorstellen voor zogenaamde ‘Next generation’-diensten. Dit zijn diensten met komende generaties als doelgroep. Daarin is ruimte voor diversiteit in kerktijden, thema’s, voorgangers, muzikale en vocale begeleiding en liedkeuze. 
De avonddiensten staan vanwege de geringe belangstelling al langere tijd ter discussie. Het taakgroeprapport spreekt over 10 bezoekers als ondergrens.
Voorgesteld wordt periodiek het houden van en de invulling van de avonddiensten te heroverwegen wanneer de omstandigheden daarom vragen.
Iedere zondag zal er minimaal één streamdienst worden aangeboden. De traditionele erediensten vinden zoveel mogelijk plaats in één van de kerkgebouwen waartoe de aangepaste interieurs de ruimte bieden. Samenkomen in gebouwen die decennia of zelfs al eeuwen bestaan kan bevrijding en ontspanning geven. De flexibele stoelen en koffiecorner in de kerkgebouwen maken ook laagdrempelige vieringen daar mogelijk. Toch kan voor de ‘Next generation’-diensten, of avonddiensten, ook uitgeweken worden naar een zaal in één van de verenigingsgebouwen of een andere passende (buiten)locatie.

[Beheer]
Onder het kopje beheer vatten we samen wat we als Protestantse gemeente De Lier aan (professionele) mensen en middelen ter beschikking (verwachten te) hebben en hoe we die willen inzetten. Daarnaast gaan we in op hoe we in deze beleidsperiode fondsen willen werven. Dit alles is samengevat in de bijgevoegde meerjarenbegroting.

Pastorale bezetting
Voor de professionele inzet van de pastores gaan we uit van het landelijk ‘streefgemiddelde’ van 1 fte (full time equivalent)1 per 1.000 leden (belijdende en doopleden). Per eind 2021 zijn er iets minder dan 3.000 leden. ‘Meegeregistreerde’ familieleden worden buiten deze telling gehouden, maar worden pastoraal gezien niet uit het oog verloren. Voor eind 2030 gaan we uit van 2.200 leden.
De kerkenraad gaat uit van een bezetting van het pastoraat per 1/1/2023 van 2,67 fte. Deze wordt in 2025 geëvalueerd en kan dan worden aangepast op basis van de situatie op dat moment. Mocht deze meerjarenvisie bij deze tussentijdse evaluatie aan de batenkant de verwachtingen overstijgen kan overwogen worden een extra tijdelijk pastoraal contract af te sluiten met een pastor of kerkelijk werker.
Ook met de naar beneden bijgestelde fte-norm verwachten we tot aan 2025 in te teren op reserves. Dat is niet erg – die reserve hebben we voor zware tijden – en deze tijd van crisis en herbezinning vraagt om moed en investeringen binnen de grenzen van de liquiditeit. Dit is ook de tijd om de in het verleden opgebrachte gelden nog deels te laten toekomen aan de leden die deze reserves hebben opgebouwd. Laat hen er ook de vruchten van zien en proeven.
Pastorale zorg en investeringen in kerkvormen voor komende generaties en met een ruimere maatschappelijke blik, zullen worden gewaardeerd. Hoe die waardering vorm krijgt zal moeten blijken, maar we doen dit primair vanuit onze roeping om een dankbare en dienstbare gemeente te zijn die bloeit. We hopen en verwachten dat na een paar jaar deze visie zich gaat vertalen in vertrouwen, enthousiasme en ook bredere financiële steun.
 
1 1 fte is een volledige werkweek (van 36 uur voor een kerkelijk werker en 40 uur voor een predikant)

Pastorieën in relatie tot pastorale bezetting
Uitgangspunt is dat op basis van de invulling van het pastoraat t/m 2030 de beschikbaarheid van twee pastorieën voldoende is. Dit houdt in dat er vanaf 2023 twee pastorieën te veel in bezit zijn. Zolang het vermogen in de ‘overtollige’ pastorieën niet aangewend hoeft te worden voor in deze visie noodzakelijke kerkelijke activiteiten kunnen deze pastorieën verhuurd worden. Er rusten geen hypotheken op de pastorieën aan de Chrysant 42 en de Hoofdstraat 94, dus de huuropbrengsten dekken de kosten ruimschoots. En in het vastgoed rendeert het vermogen (zolang dit als reserve wordt aangehouden) beter dan op de bank.

Brede inzet van professionals
Hoewel de inzet van de pastores vooral in relatie wordt gezien tot het pastoraat, zijn zij uiteraard in alle werkvelden actief en inzetbaar. Het aantal fte van de pastores dient dus gezien te worden in relatie tot alle werkvelden van deze meerjarenvisie. Bij de invulling van de visie dient voor elk van de werkvelden te worden aangegeven hoeveel professionele en vrijwillige inzet ervoor nodig is.
Uitgaande van deze meerjarenvisie zal de inzet van pastores naast pastoraat (intern), vooral liggen bij diaconale en missionaire presentie (extern) en bij jeugd en jongeren en hun ouders (investeren in relaties en netwerken). Dit zal betekenen dat er qua Eredienst en liturgie en Vorming en toerusting ingezet zal worden op kwaliteit in plaats van kwantiteit. Kijk ook naar welke pastor voor welk werkveld het meest geschikt is (o.b.v. talenten en voorkeuren).
Naast de pastores zijn er uiteraard ook andere professionals, zoals de koster en de in dienst zijnde organist(en). Verder zijn er diverse (semi-)professionals, zoals de andere organisten, muzikanten, zanger(essen)(s) en het beam- en streamteam die per dienst betaald worden.

Kerkelijk vastgoed en Groene kerk
Voor al het kerkelijk vastgoed zal in deze beleidsperiode aandacht zijn voor de energietransitie en zullen we investeren in het verduurzamen van de kerkelijke gebouwen. Hierbij gaat het om isolatie, verwarming en energieverbruik- en opwekking.

Kerkgebouwen
De kerkenraad heeft al eerder ingestemd met het uitgangspunt om beide kerkgebouwen tot en met 2031 voor onze protestantse gemeente in De Lier te behouden en in te zetten. De aanpassingen in de kerkgebouwen bieden volop ruimte om te vieren en samenkomen met kleine en grote groepen 2. Het liturgisch centrum verschuift meer naar middenin de gemeente. Dit verhoogt de beleving en interactie. Daarnaast wordt er ruimte gecreëerd voor ontmoeting en gesprek in het kerkgebouw voorafgaand aan en na de kerkdiensten. Naast diensten zijn de gebouwen ook beter geschikt voor cultureel en maatschappelijk gebruik. Denk aan concerten, uitvoeringen, recepties en andere activiteiten binnen de kerkgebouwen. Om dit mogelijk te maken zal er onder coördinatie van de koster met hulpkosters en gastheren en –vrouwen voor beide gebouwen gewerkt moeten gaan worden. Dit kunnen ook vrijwilligers zijn die geen kerklid zijn, maar zo wel hun talenten gebruiken. We willen met onze kerkelijke gebouwen gastvrij en dienstbaar zijn. Voor het externe gebruik zullen afhankelijk van de aard van de activiteit wel passende tarieven in rekening worden gebracht. Daarnaast wordt gezocht naar mogelijkheden om financiële steun van dorpsgenoten te vragen bij het in stand houden van de voor De Lier gezichtsbepalende gebouwen (zeker de Domkerk).
2 Niet per se met een professionele voorgang

Verenigingsgebouwen (’t Centrum en De Rank)
Vooronderzoek heeft laten zien dat de twee verenigingsgebouwen voorlopig voorzien, naast het kerkelijk gerelateerde gebruik, in een grote sociaal/maatschappelijke behoefte. Daarbij zal de groei van het aantal inwoners van De Lier in de komende jaren naar zo’n 15 á 16 duizend mensen, de vraag naar beschikbaarheid van voldoende zaalruimte voor allerhande activiteiten eerder doen toenemen dan afnemen. Voor onze kerkgemeenschap liggen er dus ook met deze gebouwen kansen om dienstbaar te zijn aan de ontmoeting van en met dorpsgenoten. Het
uitgangspunt is dus om t/m 2030 onze verenigingsgebouwen met rust te laten al kunnen er altijd (onvoorziene) ontwikkelingen zijn die om heroverweging vragen.

JeugThuis de Vlieger
Dit gebouw willen we maximaal inzetten voor activiteiten voor jeugd en jongeren. Daarnaast willen we het JeugThuis inzetten voor pastorale en diaconale programma’s die met name overdag zullen plaatsvinden en weer andere doelgroepen aantrekken. Zorg dat dit gebouw gaat bruisen als sociaal en maatschappelijk inloophuis voor jong en oud. Een prachtige dorpsgerichte invulling die we met een vaste bijdrage financieel moeten ondersteunen.
In deze bijdrage houden we rekening met een post ‘Beheerskosten’ en dan denken aan agendabeheer, schoonmaak, klein onderhoud enz. Door te werken met een giftenpot of kleine bijdragen voor deelname aan activiteiten kunnen de kosten beheersbaar blijven.

Fondsenwerving
In deze visie laten we ons niet leiden door het standaard patroon van afnemende opbrengsten en oplopende kosten. We kijken er niet van weg, maar durven ook in te zetten op hogere opbrengsten en nieuwe geldbronnen. We zullen transparant zijn in wat we doen, waar we voor staan en wat we daarvoor nodig hebben.
  • Kerkbalans - We gaan er vanuit, dat deze meerjarenvisie inspirerend enenthousiasmerend werkt en dat gemeenteleden hun bijdrage handhaven of verhogen.
  • Vrijwillige bijdragen van dorpsgenoten - Daarnaast hoeven we bij bredere (dorp)gerichte activiteiten niet te schromen om het dorp incidenteel en structureel om vrijwillige bijdragen te vragen. Zeker voor de gezichtsbepalende gebouwen als de Domkerk en Vredekerk, maar ook de verenigingsgebouwen.
  • Huuropbrengsten - In het verlengde van het voorgaande, een vergoeding vragen voor extern gebruik van kerkelijk vastgoed. Dit kan soms ook een giftenpot zijn. Het besef dat gebouwen geld kosten mag er zijn en groeien.
  • Bazar en Kerkenveiling - De bazar in De Rank willen we om meerdere redenen tweejaarlijks blijven voortzetten. Deze is financieel noodzakelijk en inspirerend en de betrokkenheid van de gemeente is groot met veel medewerkers uit onverwachte hoeken. De organisatie van deze bazar staat als een huis. De vorig jaar voor het eerst gehouden Kerkenveiling zal zich in de komende jaren nog moeten bewijzen, maar er is een leuke enthousiaste groep mensen bij betrokken die echt iets heel anders wil gaan doen. Overwegen om de bazar en de Kerkenveiling naast elkaar te laten bestaan met een eigen organisatie. Samenwerking zoeken waar mogelijk. Zo blijft het voor elke organisatie behapbaar met een jaartje rust tussendoor. Bij de verdeling van de opbrengstgelden moeten we een duidelijk groot deel voor de eigen kerkelijke organisatie reserveren, inclusief de eigen lokale diaconale projecten. Andere goede doelen ook heel lokaal blijven zoeken, maar nooit meer dan 20% van de netto opbrengst.
  • Collecten – Collecten beter labelen en duidelijk aangeven waarvoor het geld bestemd is. Terugkoppelen wat er met het geld gebeurd is.
[Tot slot]
Naast het presenteren van de jaarrekening en begrotingen aan de kerkenraad, kan het CvK ook jaarlijks een cijfermatige update van de meerjarenraming presenteren. Dat hoeft zeker geen aanpassing van de uitgangspunten te zijn, maar mogelijk wel een toelichting op de naleving en uitwerking van deze voor meerdere jaren vastgelegde
uitgangspunten.
Hoe staan we ervoor, waar wijken we af en waar blijven we netjes binnen de uitgestippelde lijnen? We stellen voor om tweejaarlijks de uitgangspunten zelf evalueren en op basis van voortschrijdend inzicht mogelijk bijstellen.


Namens de werkgroep Meerjarenvisie:
  • ds. Lennart van Berkel - predikant
  • Frans van den Bos – ouderling-kerkrentmeester
  • Jan den Hoed – ouderling (en adviesgroep Interieur)
  • Arie Hoogerbrugge - ouderling-kerkrentmeester (en adviesgroep Interieur)
  • Hans Kagchelland – ouderling-kerkrentmeester
  • Cor van Leeuwen – diaken
  • Arie Stolk – ouderling-kerkrentmeester (en adviesgroep Interieur)
  • Cees Tanis – gemeentelid (taakgroep Liturgie en Eredienst)

 
terug