zondag 8 december 2024 om 09.30 uur

Domkerk
Voorganger(s): ds. Lennart van Berkel
Tekst(en): 1 SamuĂ«l 16: 1-13
Ouderling(en): Yvonne Lindhout-van den Berg
Organist: Wim Loef

Beamer: Cees Vermeer
Streamer: Koos de Rijke
Bijbellezer: Marja Varekamp-Loran
m.m.v. de cantorij
Collecte: 1.Kerk in Actie: Palestina, een stem in de samenleving voor jongeren, 2 de kerk
Vandaag: 2e Advent
Thema:  Bethlehem – Stad van koning David
Locatie: Domkerk

Klik op de button om mee te luisteren   
Meekijken? Dit kan door te klikken op dit logo:   of via 

Kindernevendienst
Onderwerp: David wordt in Betlehem tot koning gezalfd
Op deze zondag staat 1 Samuel 16: 1-13 centraal: in Betlehem wordt David door de profeet Samuel tot koning gezalfd.

   
Orde van dienst:
Cantorij: ‘Licht der wereld’
Welkom
Aansteken van de tweede adventskaars en kaarsenversje door Jodi van Berkel
Intochtspsalm 72: 1 + 6
Geef, Heer, de koning uwe rechten
en uw gerechtigheid
aan ’s konings zoon, om uwe knechten    
te richten met beleid.
Dan ruist op alle bergen vrede,
heil op der heuvelen top.
Hij zal geweldenaars vertreden,
maar armen richt hij op.
Bloeie zijn naam in alle streken,
zolang de zon verrijst.
Zijn koningschap zij ons een teken
dat naar Gods toekomst wijst.
Dat opgetogen allerwegen
de volken komen saam,
elkander groetend met de zegen
van zijn doorluchte naam.
Stil gebed
Bemoediging en groet
Psalm 72: 4
Hij zal de redder zijn der armen,
hij hoort hun hulpgeschrei.
Hij is met koninklijk erbarmen
hun eenzaamheid nabij.
Hij helpt, met hun bestaan bewogen,
die zijn in vrees verward.
Hun bloed is kostbaar in zijn ogen.
Hij draagt hen in zijn hart.
Kyriëgebed
Lied 839
Cantorij    






 

Allen:





 


Allen:








Allen:






   
Ik danste die morgen toen de schepping begon,
ik danste de dans van de sterren, maan en zon,
de golvende velden en de deinende zee
en alles wat ademt dat danste mee.
Dans, dans, en doe maar mee met mij.
Ik ben de heer van de dans, zegt Hij.
Ik ga je voor, Ik haal ook jou erbij
want Ik ben de heer van de dans, zegt Hij.

 De dans werd vergeten en het ritme verstoord;
het lied van de schepping werd zelden nog gehoord.
Ik kwam hier op aarde om een gloednieuw begin,
in Betlehem zette de dans weer in.
Dans, dans, en doe maar mee met mij.
Ik ben de heer van de dans, zegt Hij.
Ik ga je voor, Ik haal ook jou erbij
want Ik ben de heer van de dans, zegt Hij.

Ik danste voor blinden die mij riepen om licht.
Ik gaf aan verschopten een stem, een nieuw gezicht.  
Ik danste voor kinderen, de koning te rijk.
Ik danste het lied van gerechtigheid.
Dans, dans, en doe maar mee met mij.
Ik ben de heer van de dans, zegt Hij.
Ik ga je voor, Ik haal ook jou erbij
want Ik ben de heer van de dans, zegt Hij.

De dans leek te breken, maar Ik deelde het brood.
Ik danste uit liefde veel sterker dan de dood.
Die liefde leeft in je nu Ik dans met jou,
de dans van de schepping, de dans van trouw.
Dans, dans, en doe maar mee met mij.
Ik ben de heer van de dans, zegt Hij.
Ik ga je voor, Ik haal ook jou erbij
want Ik ben de heer van de dans, zegt Hij.
Kindermoment
Project
Projectlied (op de melodie van ‘Heer, wat een voorrecht’ ELB 212)
Hé, wat bijzonder, het licht breekt weer door.
Advent na Advent, gaan wij Jezus z’n spoor. 
Samen gaan zoeken, in die kleine stad,
Bethlehem, ligt in woorden, vervat.

Ruth en Naomi, terug naar Bethlehem
David werd Koning, God koos daar voor hem.
Micha de profeet - sprak: “In Efrata
wordt een vorst ons geboren.”, dus ga!

Refrein
Samen op weg gaan, naar ons Bethlehem
Als een kerk, die ook daarin door U, geleid door een stem.
Laat ons gaan zoeken, de wereld die wacht
op een kind, dat al straalt in de nacht.

Jozef, Maria, gaan uit Nazareth,
zwanger van Hem, Hij de Koning die (ons) redt.
Wijzen van verre, zien lichtster, zo schoon,
gauw op reis, met geschenken, de kroon.

Refrein
Samen op weg gaan, naar ons Bethlehem
als een kerk, die ook daarin door U, geleid door een stem.
Laat ons gaan zoeken, de wereld die wacht
op een kind, dat al straalt in de nacht.

Gebed om verlichting door de Heilige Geest

Lezing uit het Oude Testament: 1 Samuël 16: 1-13
1De HEER vroeg aan Samuel: ‘Hoe lang blijf je nog treuren om Saul, die Ik als koning van Israël verworpen heb? Kom, vul je hoorn met olie en ga voor Mij naar Isaï in Betlehem, want een van zijn zonen heb Ik als koning uitgekozen.’ 2‘Hoe kan ik dat nu doen?’ wierp Samuel tegen. ‘Saul zal me vermoorden als hij het hoort.’ De HEER antwoordde: ‘Neem een jonge koe mee en zeg dat je bent gekomen om de HEER een offer te brengen. 3Nodig Isaï uit voor het offermaal, dan zal Ik je laten weten wat je doen moet. Wie Ik je aanwijs, die moet je voor Mij zalven.’ 4Samuel deed wat de HEER had gezegd. Toen hij in Betlehem aankwam, kwamen de oudsten van de stad hem geschrokken tegemoet en vroegen: ‘Uw komst is toch geen slecht teken?’ 5‘Wees gerust,’ antwoordde Samuel. ‘Ik ben gekomen om de HEER een offer te brengen. Reinig u en neem met mij deel aan het offermaal.’ Ook Isaï en zijn zonen nodigde hij uit, en aan hen voltrok hij persoonlijk de reiniging. 6Bij hun aankomst viel zijn oog meteen op Eliab, en hij zei bij zichzelf: Hij die daar klaarstaat is vast en zeker degene die de HEER wil zalven. 7Maar de HEER zei tegen Samuel: ‘Ga niet af op zijn voorkomen en zijn rijzige gestalte. Ik heb hem afgewezen. Het gaat niet om wat de mens ziet: de mens kijkt naar het uiterlijk, maar de HEER kijkt naar het hart.’ 8Toen riep Isaï Abinadab en stelde hem aan Samuel voor, maar die zei: ‘Ook hem heeft de HEER niet gekozen.’ 9Isaï stelde Samma voor, maar weer zei Samuel: ‘Ook hem heeft de HEER niet gekozen.’ 10Zo stelde Isaï zijn zeven zonen aan Samuel voor, maar telkens zei Samuel dat dit niet degene was die de HEER gekozen had. 11‘Zijn dit alle zonen die u hebt?’ vroeg hij. ‘Nee,’ antwoordde Isaï, ‘de jongste is er niet bij, die hoedt de schapen en de geiten.’ Toen zei Samuel tegen Isaï: ‘Laat hem hier komen. We beginnen niet aan de maaltijd voordat hij er is.’ 12Isaï liet hem halen. Het was een knappe jongen met rossig haar en sprekende ogen. En de HEER zei: ‘Hem moet je zalven. Hij is het.’ 13Samuel nam de hoorn met olie en zalfde hem te midden van zijn broers. Van toen af aan was David doordrongen van de geest van de HEER. Daarna vertrok Samuel weer naar Rama.

Lied 506: 1 + 4
Wij trekken in een lange stoet
op weg naar Betlehem,
wij gaan uw koning tegemoet,
o stad Jeruzalem!
Gezegend die zijn komst begroet      
en knielen wil voor Hem!
Wij loven U, koning en Heer,
koning en Heer,
Wij loven U, koning en Heer!
Wij gaan op weg naar Betlehem,   
daar ligt Hij in een stal
die koning in Jeruzalem
voor eeuwig wezen zal!
Laat klinken dan met luider stem
en blij bazuingeschal:
Wij loven U, koning en Heer,
koning en Heer,
Wij loven U, koning en Heer!
Verkondiging
Meditatieve stilte
Lied 521
Cantorij:     




 
Hij komt niet uit de grote stad.
Hij wordt niet in de Koningsburcht geboren,
je zult zijn naam niet in paleizen horen.
Waar zie je hem? In Betlehem,
dat kleine gat waar David zat,
Hij komt niet uit de grote stad
.Allen:    






Allen:






Allen

        

 

Hij draagt geen hermelijn, geen kroon.
Maar dat is onbekend aan vreemde wijzen.
Ze zoeken in Jeruzalems paleizen.
Daar zegt men: ‘Heus, je bent niet wijs,
hier is gewoon geen koningszoon.
Hier zit Herodes op de troon.’

Toch moet hij nu geboren zijn.
Zijn ster is in het oosten al gaan schijnen.
Als wijzen wil je niet zomaar verdwijnen.
Ze komen er. De gekke ster
die vindt het fijn om gids te zijn
naar Betlehem, een stad zo klein.

We noemen je nu niet meer klein.
Je mag de stad van de Messias heten.
Wat Micha heeft gezegd wordt niet vergeten.
Jij, Betlehem, bent groot door Hem.
Je mag het zijn in sterrenschijn.
Jij, Betlehem, heet niet meer klein. 

Afkondigingen / mededelingen
Dank- en voorbeden
Stil gebed
Onzevader
Overige mededelingen
Inzameling van de gaven
Slotlied: Hemelhoog 159 
Cantorij:  








Allen:








Allen:






 
Wijs mij de weg naar Bethlehem,   
het lijkt zo eindeloos ver.
In deze nacht hoor ik een stem,
zie ik een licht, een ster.
Vertel mij dan tot wie ik ga;
een Koning, kwetsbaar klein,
die wacht tot ik naar binnenga
om dichtbij Hem te zijn.

Wijs mij de weg naar Bethlehem,
mijn Koning tegemoet.
Als nergens anders plaats meer is,    
leid mij dan naar U toe.
Toon mij hoe U Verlosser bent
als Koning, zonder kroon.
U heeft uw rijkdom afgelegd:
Zo bent U Mensenzoon.

In deze nacht aanbid ik hem,
zit aan zijn voeten neer.
Met lege handen zie ik hem,
mijn koning die ‘k vereer.
U toont het beeld van God aan mij,
zijn menselijk gezicht.
O kind van vrede, Gods geheim,
dat heel mijn hart verlicht.

Wegzending en Zegen
Gezongen Amen



Toelichting collecte
Het ontbreken van elk perspectief ontneemt veel Palestijnse jongeren alle moed om iets van het leven te maken. De christelijke organisatie YWCA Palestina wil de kracht van jonge mensen aanwakkeren en biedt hun trainingen in ondernemerschap en mediavaardigheden. Jongeren schrijven een bedrijfsplan en maken kans op een startbedrag voor een eigen onderneming. Anderen mogen zelf programma’s en podcasts ontwikkelen voor een landelijke radiozender. Door dit eigen geluid vergroten jongeren hun stem in de samenleving.

terug