zondag 9 juni 2024 om 09.30 uurVredekerkVoorganger(s): ds. Gerard van Velzen Tekst(en): Psalm 139 & MatteĆ¼s 28:16-20 Ouderling(en): Peter Luyendijk Organist: Wim Loef Koster: Gerrit Poot Orgelspel Welkom Intochtslied 216: 1 + 2 + 3 Stil gebed Bemoediging en groet Aanvangspsalm 139: 1 + 2 Uitleg over de Heilige Doop Jezus Christus heeft gesproken: “Ga dus op weg en maak alle volken tot mijn leerlingen, door hen te dopen in de naam van de Vader en de Zoon en de heilige Geest, en hun te leren dat ze zich moeten houden aan alles wat ik jullie opgedragen heb.” [Matth. 28:19] Deze opdracht laat ons zien, dat de Heer Jezus aan de prediking van het Evangelie van zijn Koninkrijk de Doop zeer nauw verbonden heeft. De Doop is voor ons een teken van Gods verbond, want de drie-enige God legt zijn naam op ons en onze kinderen, en brengt ons onder zijn verlossende heerschappij. Immers, de Vader is het, die ons tot zijn kinderen en erfgenamen aanneemt. En de Zoon is het, die door zijn lijden aan het kruis voor al onze zonden volkomen voldaan heeft, en ons in Zijn opstanding het eeuwige leven schenken wil. En het is de Heilige Geest, die ons deelgenoot maakt van het leven van Christus, en ons tot de dienst des Heren herschept en bekwaamt. De doop, die ons slechts eenmaal bediend wordt, blijft gedurende heel ons leven van kracht, daarom hoeven wij aan Gods genade niet te twijfelen, want wij hebben een eeuwig verbond met God. In dit verbond zijn ook onze kinderen opgenomen. Toen de kinderen tot Jezus werden gebracht heeft Hij hen omarmd, de handen opgelegd en gezegend zeggende: ‘Laat de kinderen bij me komen, houd ze niet tegen, want het koninkrijk van God behoort toe aan wie is zoals zij. [Marcus 10:14] Daarom mogen onze kinderen gedoopt worden en worden zij ingelijfd in het Lichaam van Christus Doopgebed Lied 340B (staande)
Gesprekje met de kinderen bij het doopvont Bediening van de doop aan: Zoe Psarros Lied 363 (staande) Dat ’s Heren zegen op u daal’, zijn gunst uit Sion u bestraal’, Hij schiep ’t heelal, zijn naam ter eer looft, looft dan aller heren Heer! Aansteken van de doopkaars Plaatsen van de doopherinnering op het bord Uitreiken van de kinderbijbel, door ouderling Peter Luijendijk Geroepen om te Zingen 79
Orgelspel Gebed 1e Schriftlezing: Psalm 139 1 Voor de koorleider. Van David, een psalm. HEER, U KENT MIJ, U DOORGRONDT MIJ, 2 U weet het als ik zit of sta, U doorziet van verre mijn gedachten. 3 Ga ik op weg of rust ik uit, U merkt het op, met al mijn wegen bent U vertrouwd. 4 Geen woord ligt op mijn tong, of U, HEER, kent het ten volle. 5 U omsluit mij, van achter en van voren, U legt uw hand op mij. 6 Wonderlijk zoals U mij kent, het gaat mijn begrip te boven. 2e Schriftlezing: Matteüs 28:16-20 Uitzending van de leerlingen 16 De elf leerlingen gingen naar Galilea, naar de berg die Jezus hun had genoemd, 17 en toen ze Hem zagen wierpen ze zich in aanbidding voor Hem neer, al twijfelden sommigen. 18 Jezus kwam dichterbij en zei tegen hen: ‘Mij is alle macht gegeven in de hemel en op de aarde. 19 Ga dus op weg en maak alle volken tot mijn leerlingen, door hen te dopen in de naam van de Vader en de Zoon en de heilige Geest, 20 en hun te leren dat ze zich moeten houden aan alles wat Ik jullie opgedragen heb. En houd dit voor ogen: Ik ben met jullie, alle dagen, tot aan de voltooiing van deze wereld.’ Lied 868: 1 + 3 + 5 Verkondiging Meditatief orgelspel Lied 362 Pastorale mededelingen Gedenken Evangelische Liedbundel 413: 1 + 4 Dankgebed en voorbeden, stil gebed, Onze Vader Overige mededelingen Slotlied 425 Zegen | ||||||||
terug |