zaterdag 8 april 2023 om 20:30 uurStille zaterdagVoorganger(s): ds. Lennart van Berkel Ouderling(en): Jan den Hoed Beamer: Wim de Vos
Lezing uit het Oude Testament: Psalm 51: 9-15 9 Neem met majoraan mijn zonden weg en ik word rein, was mij en ik word witter dan sneeuw. 10 Laat mij vreugde en blijdschap horen: u hebt mij gebroken, laat mij ook juichen. 11 Sluit uw ogen voor mijn zonden en doe heel mijn schuld teniet. 12 Schep, o God, een zuiver hart in mij, vernieuw mijn geest, maak mij standvastig, 13 verban mij niet uit uw nabijheid, neem uw heilige geest niet van mij weg. 14 Red mij, geef mij de vreugde van vroeger, de kracht van een sterke geest. 15 Dan wil ik verdwaalden uw wegen leren, en zullen zondaars terugkeren tot u. Psalm 51: 5 5. Schep in mij, God, een hart dat leeft in ’t licht, geef mij een vaste geest, die diep van binnen zonder onzekerheid U blijft beminnen, verwerp mij niet van voor uw aangezicht. Ontneem mij niet uw heilige Geest, o God, laat in uw heil mijn hart zich nu verblijden, en richt geheel mijn wil op uw gebod, dan zal ik zondaars op uw wegen leiden. Lezing uit het Oude Testament: Psalm 126 1 Een pelgrimslied. Toen de HEER het lot van Sion keerde, was het of wij droomden, 2een lach vulde onze mond, onze tong brak uit in gejuich. Toen zeiden alle volken: ‘De HEER heeft voor hen iets groots verricht.’ 3Ja, de HEER had voor ons iets groots verricht, we waren vol vreugde. 4Keer ook nu ons lot, HEER, zoals u water doet weerkeren in de woestijn. 5Zij die in tranen zaaien, zullen oogsten met gejuich. 6Wie in tranen op weg gaat, dragend de buidel met zaad, zal thuiskomen met gejuich, dragend de volle schoven. Psalm 126: 2 2. Gij hebt, o Heer, ons bijgestaan en grote dingen ons gedaan. Gij hebt uw stad opnieuw gesticht, wij juichen in het morgenlicht. Laat alle ballingen nu keren en juichen in het huis des Heren. Wend thans ons lot, maak ons verblijd als steppen in de regentijd. Gebed Meditatieve stilte DOOPGEDACHTENIS Inleiding op de doopgedachtenis Lied 353 1. Nu heeft het oude leven afgedaan! Wij mogen aan de toekomst toebehoren, want grote dingen heeft de Heer gedaan: wij zijn als kinderen van God herboren. 2. Geen macht op aarde houdt hem in zijn macht die werd begraven in de dood des Heren, die opstond tot het leven in zijn kracht om aan zijn hand een nieuwe weg te leren. 3. Water en Geest verwekten door de doop een nieuwe mens, die voortaan vrij mag leven. Bevrijd van zonde en vervuld van hoop mag hij zijn krachten aan het Godsrijk geven. 4. ’t Lied van de vreugde gaat van mond tot mond: Gods liefde heeft ons samen uitverkoren om overal, de hele wereld rond, de boodschap van zijn rijk te laten horen. [Vernieuwing en opstanding] Lezing uit het Nieuwe Testament: Romeinen 6: 3-5 door: Joke Groeneveld 3 Weet u niet dat wij die gedoopt zijn in Christus Jezus, zijn gedoopt in zijn dood? 4 We zijn door de doop in zijn dood met hem begraven om, zoals Christus door de macht van de Vader uit de dood is opgewekt, een nieuw leven te leiden. 5 Als wij delen in zijn dood, zullen wij ook delen in zijn opstanding. Lied 351: 1 + 2 1. In U zijn wij begrepen, / in U zijn wij gedoopt. Uw dood werd ons ten teken, / uw leven onze hoop. Nu weten wij voorgoed: / Gij zult ons nooit begeven, uw lichaam is ons leven, / uw offer is ons bloed. 2. Wij zijn in U begraven, / wij staan met U rechtop. Wij zijn niet langer slaven, / maar kinderen van God. Een wereld zijn wij oud, / maar nieuw als deze morgen, geborgen ongeboren, / verloren tot behoud. Verzaking en geloofsbelijdenis Broeders en zusters, in de doop zijn wij met Christus begraven om met Hem ten leven te worden opgewekt. Daarom vraag ik allen (die hun doop willen gedenken), uw stem te verheffen en mij antwoord te geven: Wilt u de Heer uw God dienen en naar zijn stem alleen horen? G: JA, DAT WIL IK Wilt u zich verzetten tegen alle machten die als goden over ons willen heersen? G: JA, DAT WIL IK Wilt u ieder slavenjuk afwerpen en leven in de vrijheid van Gods kinderen? G: JA, DAT WIL IK Schaam u dan niet om Christus te belijden, want het evangelie is een kracht van God tot behoud van ieder die gelooft; en antwoordt in gemeenschap met de kerk van alle eeuwen: Gezongen geloofsbelijdenis Lied 344 1. Wij geloven één voor één en ook samen: de Heer is God en anders geen. Amen, amen. 2. Wij geloven in de naam Jezus Christus, gestorven en weer opgestaan. Halleluja! 3. Wij geloven dat de Geest ook nog heden de wereld en onszelf geneest. Vrede, vrede. Doopgedachtenis Allen die gedoopt zijn, kunnen naar voren komen om twee aan twee met het water uit de doopvont een kruisteken op het voorhoofd te maken met de duim, als teken van het beamen van de doop. U kunt ook mij als voorganger vragen dit te doen. Daarna kunt u gaan zitten. Ondertussen zingen wij: Lied 612 Wij komen als geroepen // en aan het licht gebracht. Het leven te begroeten // heeft God ons toegedacht. Wij komen als geroepen, // getekend met een naam, van ongeweten toekomst // de mede-erfgenaam. Geroepen om te leven, // gehouden aan zijn woord van uitgesproken vrede, // van liefde ongehoord. Herboren, uitgetogen // uit de toevalligheid, bestemd voor de genade, // het donker al voorbij. Getekend voor ons leven // als kind'ren van het licht, gezaaid op hoop van zegen, // de dag als vergezicht. God, breng ons zelf op adem // en treed in ons bestaan. Bezegel onze vreugde // hier met uw eigen naam! V: Moge de almachtige God, de Vader van onze Heer Jezus Christus, die ons heeft doen herboren worden uit water en heilige Geest en ons vergeving heeft geschonken van onze zonden, ons door zijn genade bewaren tot eeuwig leven in Christus, onze Heer. G: Amen. Voorganger en ouderling van dienst lopen richting de hoofduitgang (toren) om het licht te halen Lofprijzing De ouderling houdt de paaskaars vast en de voorganger zegt: V: Christus, gisteren en vandaag. Begin en Einde – Alfa en Omega, Hem behoren tijd en eeuwigheid, heerlijkheid en heerschappij, in de eeuwen der eeuwen. Aansteken van de paaskaars Als de paaskaars ontstoken is V: Het licht van Christus die in heerlijkheid verrezen is, moge de duisternis uit ons leven verdrijven. De nacht is voorbij gegaan, de dag is aangebroken: de zon van de gerechtigheid gaat over ons op, een nieuw begin. G: Amen Intocht van het licht De brandende paaskaars wordt binnen binnengebracht terwijl we zingen Lied – Als alles duisters is Als alles duister is, ontsteek dan een lichtend vuur dat nooit meer dooft, een vuur dat nooit meer dooft. Het aansteken van de kaarsen aan de paaskaars We ontsteken onze kaars aan de paaskaars en geven het licht door en vormen een kring door de kerk. Tot het licht iedereen bereikt heeft, zingen we: Lied 600
We gaan met onze kaars naar onze eigen plek en verspreiden zo het licht. Op onze plek blazen we de kaarsen uit. Let er op dat uw kaars uit is als u deze neerlegt. De kerk wordt wat meer verlicht. Symbolisch bloemschikken De sluier van het bloemstuk wordt weggenomen door Marri-Janne van Dam --- OVERGANG NAAR PASEN Lezing uit het Nieuwe Testament: Lucas 24: 1-11 241Maar op de eerste dag van de week gingen ze bij het ochtendgloren naar het graf met de geurige olie die ze bereid hadden. 2Bij het graf aangekomen, zagen ze echter dat de steen voor het graf was weggerold, 3en toen ze naar binnen gingen, vonden ze het lichaam van de Heer Jezus niet. 4Hierdoor raakten ze helemaal van streek. Plotseling stonden er twee mannen in stralende gewaden bij hen. 5Ze werden door schrik bevangen en sloegen de handen voor hun ogen. De mannen zeiden tegen hen: ‘Waarom zoekt u de levende onder de doden? 6Hij is niet hier, hij is uit de dood opgewekt. Herinner u wat hij u gezegd heeft toen hij nog in Galilea was: 7de Mensenzoon moest worden uitgeleverd aan zondaars en moest gekruisigd worden en op de derde dag opstaan.’ 8Toen herinnerden ze zich zijn woorden. 9Ze keerden terug van het graf en gingen aan de elf en aan alle anderen vertellen wat er was gebeurd. 10De vrouwen die het graf bezochten, waren Maria uit Magdala, Johanna, Maria de moeder van Jakobus, en nog enkele andere vrouwen die hen vergezelden. Ze vertelden de apostelen wat er was gebeurd, 11maar die vonden het maar kletspraat en geloofden hen niet. Lied 631: 1 + 2
Afronding thema Lied 243: 1 + 2 + 7 1. O Heer mijn God, ook deze nacht zij lof en eer U toegebracht omdat Gij dag en duister schept en ons het licht gegeven hebt. 2. Om Christus’ wil doe mij niet aan het kwaad dat ik U heb gedaan, veeleer vergeef mij, Heer, en geef dat ik voortaan in vrede leef. 7. Loof God de Heer die eeuwig leeft, alles uit niets geschapen heeft, die ons tot aan zijn dag behoedt en onze ogen open doet! Zending en zegen Afgesloten met 3x amen Wij wensen u/jou een genaderijke nacht toe. Rust in geloof, hoop en liefde en ontwaak vanuit een nieuw begin. We hopen u/jou op Paasmorgen in gezondheid te begroeten. | ||||||
terug |