1. Wij die met eigen ogen,
de aarde zien verscheurd
maar blind en onmeedogend,
ontkennen wat gebeurt
dat oorlog is geboden,
en vrede niet mag zijn
dat mensen mensen doden,
dat wij die mensen zijn.
2. Wij die nog mogen leven,
van hoop en vrees vervuld,
aan machten prijsgegeven,
aan meer dan eigen schuld,
wij die God weet hoe verder,
tot hiertoe zijn gespaard,
dat wij toch nooit erkennen
het recht van vuur en zwaard.
Gebed
Tussentijds 217: 3
3. Dat wij toch niet vergeten
waartoe wij zijn gemaakt
dat diep in ons geweten
opnieuw het licht ontwaakt,
dat in ons wordt herschapen
de geest die overleeft,
dat onze lieve aarde
nog kans op redding heeft.
Lezen: Prediker 3: 1 – 15 en Romeinen 8: 26 – 28 en 37 - 39
Lied 462: 1 + 2 + 6 Verkondiging: een tijd voor alles?
Orgelspel
Lied 418: 1 + 2 + 3
Gebeden
Collecten
Slotlied 245: 1 + 3
Zegen
Orgelspel De steppe zal bloeien (Lied 608)