vrijdag 16 september 2022
om 15:00
Triangel Heilig Avondmaal
Voorganger(s): ds. Gerard van Velzen
Ouderling(en): Elly vd Berg-Moerman
Organist: Henry Sneller
Viering Heilig Avondmaal in De Triangel
Orde van dienst:
* Orgelspel
* Welkom
* Stil gebed
* Bemoediging en groet
* Aanvangslied: Psalm 84: 2 + 3
2 Het heil dat uw altaar omgeeft
beschermt en koestert al wat leeft.
De mus, de zwaluw vindt een woning.
Haar jongen zijn in veiligheid.
Mij is een schuilplaats toebereid
in het paleis van U, mijn koning.
Heil hen die toeven aan uw hof
en steeds zich wijden aan uw lof. |
3 Welzalig die uit uw kracht leeft,
die naar uw tempel zich begeeft,
zijn hart wijst hem de rechte wegen.
Zij trekken op van overal
en, gaat het door het dorre dal,
dan valt op hen een milde regen.
Ja, in het hart van de woestijn
ontspringt een heldere fontein. |
*Gebed
*Schriftlezing: Psalm 86
*Joh. de Heer 126: 1 + 2 + 3
1 Als ik Hem maar kenne,
Hem de mijne weet,
als mijn hart zich Hem gewenne,
nimmermeer zijn trouw vergeet,
vrees ik niet voor lijden,
voel slechts deemoed,
liefde en verblijden.
2 Alles laat ik varen,
waar Hij mij behoort.
Als een pelgrim door gevaren
trek ik met mijn Heiland voort.
Nu gaan al mijn wensen
boven 't licht
en bont gewoel der mensen. |
3 Waar ik Hem mag leven,
is mijn vaderland.
Elke gave, mij gegeven,
valt als erfdeel in mijn hand.
Broeders, lang verloren,
vind ik in zijn jongeren herboren. |
* Verkondiging
* Orgelspel
* Psalm 86: 4 + 7
4 Leer mij naar uw wil te handelen,
laat mij in uw waarheid wandelen.
Voeg geheel mijn hart tezaam
tot de vrees van uwen naam.
Heer mijn God, ik zal U loven,
heffen 't ganse hart naar boven.
Ja, uw naam en majesteit
loof ik tot in eeuwigheid. |
7 Laat mij leven voor uw ogen,
sterk uw knecht door uw vermogen.
Maak Gijzelf voor hem vrij baan,
die U dient van jongs af aan.
Toon uw hulp mij door een teken,
dat mijn vijanden verbleken,
als zij zien dat Gij het zijt,
die mij troost en mij bevrijdt. |
* Voorbereiding op de viering van het Heilig Avondmaal
* We bidden het ‘Onze Vader’
* Lied van toebereiding van de tafel: Lied 381:1 + 2 + 4 + 5
1 Genadig Heer, die al mijn zwakheid weet,
wil mij vergeven wat ik U misdeed;
verwerp mij niet, die op uw vrijspraak wacht,
maar troost mij met uw woord: het is volbracht.
2 Gij hebt mij, Heer, geroepen aan uw dis,
het heilig feest van uw gedachtenis;
schenk mij uw Geest, opdat ik U ontmoet
in 't teken van uw lichaam en uw bloed.
4 Wie geeft het brood, dat hongerigen voedt,
waar is de bron waaruit ik drinken moet?
Gij, Heer, alleen kunt mijn genezing zijn;
voed mij en drenk mij met uw brood en wijn.
5 Nu ik mijn hand strek naar 't gebroken brood
en neem de beker, die Gij zelf mij bood,
hoe komt Gij met uw goedheid mij nabij;
berg m'in uw liefde, Heer, en zegen mij.
* Nodiging
* Uitdeling van brood en wijn
* Lied 381: 6
6 U wil ik danken, grote Levensvorst;
Gij hebt gestild mijn honger en mijn dorst.
Uw kracht, uw leven daalde in mij neer;
in uw gemeenschap wil ik blijven, Heer.
* Dankgebed en voorbeden
* Slotlied 425
Vervuld van uw zegen
gaan wij onze wegen
van hier, uit dit huis
waar uw stem wordt gehoord,
in Christus verbonden,
tezamen gezonden
op weg in een wereld
die wacht op uw woord. |
Om daar in genade
uw woorden als zaden
te zaaien tot diep
in het donkerste dal,
door liefde gedreven,
om wie met ons leven
uw zegen te brengen
die vrucht dragen zal. |
* Zegen
|