Stille zaterdag Voorganger(s): ds. Geke de Haan Ouderling(en): Elly vd Berg-Teunissen van Manen Organist: Leo Bouma
Lector: Teus Vermeer Beamer: Wim de Vos Streaming: Herman Kassenberg Locatie: Vredekerk-stream
Wilt u meeluisteren? Klik hier voor de Vredekerk
Meekijken? Dit kan door te klikken op dit logo:
Orde van dienst:
We komen in stilte binnen
De kerk is in schemer en voorin de kerk brandt een vuur
Inleidende woorden: Het begin van deze dienst is de voortzetting van de dienst op Goede Vrijdag.
Van de duisternis gaat het naar het licht. Dit is de nacht waarin wij gedenken dat God hemel en aarde heeft geschapen en de mens heeft geroepen om mensen van het licht te zijn. Dit is de nacht waarin wij gedenken dat Jezus uit de dood is opgestaan, waardoor de banden van de dood zijn doorbroken. Als symbool van het licht van Christus’ opstanding wordt de nieuwe paaskaars ontstoken. We belijden ons geloof in Hem door opnieuw stil te staan bij onze doop, die een sterven en opstaan met Christus is.
We geven het Licht van Christus door.
Lied 598 (3 keer):
Als alles duister is, ontsteek dan een lichtend vuur dat nooit meer dooft, vuur dat nooit meer dooft
Dienst van het licht
Lied 452, Als tussen licht en donker
Wij gaan staan
De diaken brengt de brandende Paaskaars binnen: Het licht van Christus (3 keer)
De Paaskaars wordt op de standaard gezet
Voorganger:
Gemeente:
Het licht van Christus
die in heerlijkheid verrezen is moge de duisternis
uit ons leven verdrijven.
de nacht is voorbijgegaan
de dag is aangebroken:
de zon der gerechtigheid
gaat over ons op
Amen, wij danken God
Lied 600: 1 + 2 + 3 Licht, ontloken aan het duister
De bloemen en het Avondmaalsstel worden binnengebracht, de antependia worden verwisseld van paars in wit.
Gebed voor de Stille Zaterdag
Lied 600: 4 + 5
DE SCHRIFT Schepping
Lezen: Genesis 1: 1 – 5
Loof de Heer, want Hij is goed eeuwig duurt zijn trouw – Die de grote lichten maakte eeuwig duurt zijn trouw –
Psalm 33: 2
Bevrijding
Lezen: Exodus 14: 1- 4, 19 – 22 en 30, 31
Al zei ik:’ Laat het duister mij opslokken het licht om mij heen veranderen in nacht’ ook dan zou het duister voor u niet donker zijn – de nacht zou oplichten aks de dag het duister helder zijn als het licht. (Ps. 139: 11, 12)
Psalm 33: 3
Lezen Ezechiël 37: 1 - 6
Bij U is de bron van het leven Door úw licht zien wij licht. (Ps. 36: 10)
Psalm 33: 8
Lezen Marcus 16: 1 – 8
Lied 642: 1 + 2 + 3 Ik zeg het allen dat Hij leeft
Doopgedachtenis
Lezen: Romeinen 6: 3 – 5 en 13
Dopen en Pasen horen bij elkaar.
wij zijn met Jezus gedoopt in zijn dood: ten leven.
Om dat te belijden geven wij antwoord op de volgende vragen:
Voorganger:
Gemeente:
Voorganger:
Gemeente:
Voorganger:
Gemeente:
Voorganger:
Gemeente:
Wilt u ook Jezus Christus aanvaarden in wie onze God herkenbaar is geworden, die zich door niemand en niets laat weerhouden bij ons te zijn, zelfs niet door de dood?
Ja, dat wil ik
Gelooft U ook dat Zijn opstanding het bewijs is van Zijn vergeving, het teken van Zijn trouw, het begin van de nieuwe wereld waarin Hij de eerste is en wij navolgers mogen zijn?
Ja, dat geloof ik.
Verlangt u ook zijn Geest te hebben, om Zijn visie te delen op God en mensen. Om Zijn weg te gaan met God en Onder mensen?
Ja, dat verlang ik
Ontvang dan de Heilige Geest,die Heer is en Levend maakt, die ons verbindt met de Zoon, die ons opnieuw geboren doet worden tot kinderen van de Vader, tot kinderen van het Licht.
Amen
Lied 686:2
Wij zijn in Hem gedoopt, Hij zalft ons met zijn vuur.
Hij is een bron van hoop in alle dorst en duur.
Wie weet vanwaar Hij komt, wie wordt zijn licht gewaar?
Hij opent ons de mond en schenkt ons aan elkaar.
Wij lopen langs het geopende doopvont, u kunt het water aanraken of aan uw voorhoofd strijken.Er wordt een kaars aan de paaskaars aangestoken en met het licht gaat u terug naar uw plaats, zingend:
Evangelische liedbundel 173 (tot iedereen weer zit)
Jezus, u bent het licht in ons leven laat nimmer toe dat het duister tot mij spreekt Jezus, u bent het licht in ons leven open mijn hart voor uw liefde, o Heer!
Zegen. (Allen: Amen, 3 keer)
We verlaten zingend de kerk: (mel. Daar juicht een toon)
Het vuur dat Hij op aarde bracht
Zijn licht verschenen in de nacht
Is door zijn dood niet uitgedoofd,
Zijn Geest heeft Hij aan ons beloofd!
Hij overleeft zijn moordenaars,
Zijn liefde tart geweldenaars
Verliezen maakt Hij tot gewin
En leidt ons zo het leven in
De liefde licht ons uit het graf
En waait de doodsangst van ons af.
Hij brengt ons nog zo ver als Hem
Tot in het Nieuw Jeruzalem.
